Aangesloten bij de Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers

Rietgors

Voor Foto's Zie onderaan. Onder

Nederlandse Naam:

Rietgors

Wetenschappelijke naam:

Emberiza schoeniclus

Verslag in PDF-formaat:

Voor het verslag over de Rietgors in PDF-formaat

Inleiding:

De rietgors is een vogel die zich heeft verspreid over geheel europa en delen van eurazie. Het biotoop waarin zij zich in ophouden bestaat uit rietkragen en moerasgedeeltes en altijd dicht bij het water. In ons land zijn ze te vinden langs plassen/rivieren en meren,eigenlijk overal waar te riet vinden is. In de winter zijn zij hoofdzakelijk zaadeters en dan met name de riet en graszaden worden opgenomen. Als het broedseizoen naderd dan schakelen zij over op insekten,deze insekten worden dan ook aan de jongen gevoerd. Het nest wat zij bouwen ligt nagenoeg op de grond,goed verstopt in een gras of rietpol. Het nest word gemaakt van riet of grasstengels en als binnenbekleding gebruiken zij pluis of dierlijk haar. Het nest gaat eigenlijk volledig op in zijn omgeving. Dat moet ook wel want vaak gaan veel nesten verloren aan ratten en andere rovers. Dit is opzich niet zo'n ramp want in een seizoen kunnen er tot 4 nesten worden grootgebracht. In de regel geld echter wel dat er twee nesten daadwerkelijk grootkomen in de natuur. Een gemiddeld nest bevat 4 eieren welke vaal gekleurd zijn met daarop zwart/bruine vlekken en strepen. Het broeden neemt ongeveer 14 dagen in beslag en als alles goed gaat dan vliegen de jongen in zo'n zelfde periode uit. In de natuur is de rietgors een veel voorkomende vogelsoort. Deze ongeveer 15 cm grote hoofdzakelijk bruin gekleurde vogel heeft een zwart/bruine bestreping en een bruinzwarte staart welke aan de buitenkant met witte pennen is bedeeld. Buiten het broedseizoen gelijken man en pop zeer op elkaar maar zijn nog wel degelijk uit elkaar te houden en dit dan met name in de kop en keel tekening, deze is bij de man zwarter dan bij de pop,de stuit tekening bij de man is ook meer grijsachtiger dan bij de pop. Ook de kleur van de buikstreek is lichter van de man dan die van de pop. In de broedtijd kan er geen enkele twijfel meer bestaan tussen het sexe-verschil want de man heeft naast de veel warmere en helderde kleur een gitzwarte kop en keeltekening welke is onderbroken door een hagelwitte bestreping. Het wit op de buik bij de man is ook een zeer duidelijk mannelijk eigenschap. De rietgors man is in de broedtijd dan ook een zeer constrastrijke vogel. De pop is over het algemeen veel bruiner in de broedtijd hetzij wel iets warmer bruin van kleur dan in de winter.

De Kweek:

Nadat ik succesvol met de kleine karekiet had gekweekt wilde ik het nogmaals eens met een rietvogelsoort gaan proberen te kweken. De voliere's waren tenslotte nog steeds beplant met riet en graskragen met de daarbij vele waterloopjes en moerasgedeeltes en het bijkomende feit dat er niet veel kwekers zijn die met europese rietvogels kweken danwel gekweekt hebben. En dit is dan weer een uitdaging natuurlijk. Uitzondering op de regel is natuurlijk het baardmannetje deze wordt veelvuldig gekweekt inmiddels. Het aankleden van de buitenvoliere's is niet alleen een hobby in een hobby, als het goed is dan kijk je er het hele jaar naar ( het oog wil ook wat) en komt het ook ten goede aan het broedresultaat. Mijn binnenbroedkooien zijn daarentegen altijd vrij kaal. Mijn kweekkoppel bekwam ik van iemand die mij gebeld had voor de kleine karekieten,hij heeft mijn kweekkoppel overgenomen en ik dus van hem een kweekkoppel rietgorzen. De vogels werden in de buitenvoliere geplaatst bij elkaar, als voer kregen zij van mij eivoer en een zaadmengeling van fijn wildzangzaad met daardoor nog diverse graszaadsoorten. Uit het eivoer werden altijd de pinky's als eerste eruit gegeten en het overige eivoer werd maar mondjesmaat opgenomen. Eens in de zoveel tijd kregen ze ook wat buffalowormpjes. De vogels waren naar elkaar toe erg ruzieachtig wat na navraag een echt gorzentrekje bleek te zijn,en dit is natuurlijk niet in documentatie te vinden. Ik heb eigenlijk nog nooit een kweekverslag gelezen van de rietgors kweek. De vogels werden uit elkaar getrokken echter bleven zij wel in elkaars gezichts en gehoorsveld. Beide vogels hebben de winter buiten door gebracht wat geen enkel probleem opleverde. Eind maart heb ik de pop bij de man in zijn voliere geplaatst en dit ging met zeer veel kabaal gepaard. Na een dag of twee zag ik echter de pop al met nestmateriaal in haar snavel en de man liet zijn zang hard en vaak horen. Binnen een week na koppeling,5 april zag ik een kompleet afgemaakt nest liggen op de grond in een rietpol. Het nest was vervaardigd van gedroogd gras en kokosvezel en een heel klein beetje licht dierlijk haar. Het eerste ei werd gelegd op 8 april en er volgde nog vier eieren de pop ging pas echt broeden nadat het laatste ei was gelegd. Na 14 dagen broeden op 22 april was het eerste jong geboren wat bruin/grijs van kleur was. Nestcontrole ging altijd gepaard met veel theater van beide oudervogels,wat mij deed besluiten om zo min mogelijk te controleren. Op een leeftijd van vijf dagen oud heb ik de jongen geringd met een wettelijke ringmaat van 2,7 mm welke was voorzien van een ventielslangetje. De voorkeur van beide ouders lag in vliegende insekten en de buffalo's en dit werd dan ook veel verstrekt aan en gevoerd door de vogels. Het volledige menu bestond uit zaad,eivoer ,pinky's,weideplankton,buffalo en meelwormen. Het zaad vond eigenlijk geen aftrek meer gedurende de periode waarin er jongen waren. Op 7 mei tegen de avond was er een hoop kabaal en ik zag dat de jongen waren uitgevlogen,nou ja vliegen! De jongen waren in hoofdzaak bruin gekleurd met zwarte veerpartijen. Maandag 15 mei zie ik de pop met nestmateriaal,even gekeken en ik zag een bijna compleet nest liggen. Ik vermoed dat de man dit nest heeft gebouwd gedurende het broeden van ronde 1 en dat de pop nu de afwerking in orde bracht. Dit nest lag in een grote pol van het pampasgras. Op 18 mei vind ik alweer het eerste ei van ronde 2,in dit nest werden wederom weer 5 eitjes gelegd waaruit 4 jongen grootkwamen. Het derde en laatste legsel bestond wederom uit 5 eitjes maar deze ronde ging verloren. Wat opviel was dat de jongen alleen door de man werden gevoerd terwijl de pop zat te broeden,nam de man het broeden even over van de pop dan voerde zij de bedelende jongen niet. De jongen werden twee dagen voordat de eropvolgende ronde uit zou moeten komen uitgevangen en apart gezet. Het karakter/gedrag en zang viel mij een beetje tegen van de rietgors en ik denk dat ik mij niet zo snel meer zal gaan bezig gaan houden met de kweek van een inheemse gorssoort. Maar zeg nooit,nooit. Op naar een voor mijzelf nieuw te kweken vogelsoort en uitdaging.

Auteur en vogelkweker:

A. Bakker te Dordrecht

Fotograaf:

P. de Dreu en A. Bakker

Noot van de auteur:

Op tekst en foto's zit copyright deze mogen dus niet gekopieerd worden!!

Foto's

NB. Wacht eerst voor alle foto's zijn geladen! Als u eerder op een andere foto klikt laad hij niet verder! U ziet dat doordat in de balk onderaan 'Gereed' staat. Dan kunt u op een andere foto klikken!

Terug