Aangesloten bij de Nederlandse Bond van Vogelliefhebbers

Japanse Nachtegaal

Voor Foto's Zie onderaan. Ga naar Beneden.

Nederlandse Naam:

Japanse Nachtegaal

Latijnse naam:

Leiotrix lutea

Kweekverslag:

Reeds meer dan 40 jaar houd en fok ik vogels. Diverse soorten vogels heb ik in die jaren met succes op stok gekregen. Doch een soort wilde maar steeds niet lukken. De Japanse nachtegaal (Leiothrix lutea.) Niet met geweld, niet met liefde. Ze kregen, bessen, fruit, universeelvoer, vruchtenpaté, krekels, wasmotlarven, buffalowormpjes, meelwormen, pinky’s. Dit alles werd verrijkt met Carmix. Ik ving vliegen, sprinkhanen en spinnen. Ze kregen van alles te eten. Soms had ik het idee dat de vogels beter aten dan mijn vrouw en ik. Waarom lukte het wel met de Zilveroor nachtegaal en niet met de Japanners? Ook dit jaar weer. Eind maart, begin april. Het eerste nestje. 4 eitjes, waarvan 3 bevrucht. Mooi weertje. Zoals gewoonlijk broeden zowel man als pop afwisselend. Na 13 dagen 3 mooie jongen in het nest. Er wordt goed gevoerd. Zowel door mij als door beide oudervogels. De jongen groeien goed, totdat die rot stortbui kwam. Nest weg. Jongen weg. Evenals het ouderpaar treurde ik niet lang. Een nieuw nest werd gemaakt. Ditmaal door mij verstevigd met een oud stukje gaas. Het zal niet nog eens verregenen. Drie eitjes, 3 jongen. Het is inmiddels mei en we hebben een uitzonderlijk mooi voorjaar. Er zijn dagen van boven de 30 graden bij. De bloemen bloeien wat vroeger, de insecten laten zich wat eerder en talrijker zien. Dus wat kan er gebeuren? Juist ja. We wonen in Nederland en als het even mooi is moet het gaan onweren, vergezeld van hevige hoosbuien. Aangezien de jongen niet konden zwemmen en het ademhalen werd bemoeilijkt door het water in de longetjes, verzopen ook deze prachtige jongen. Of het nu door deze droevige gebeurtenissen kwam weet ik niet, maar de medebewoners van de Jappen hadden geen zin om aan eigen gezinsuitbreiding te denken. De Verditer vliegenvangers keken toe hoe het ene nest na het andere zo hoopvol begon en later toch in diepe treurnis eindigde. Aangezien genoemd feit besloot ik eind juni de Japanners het zelf maar te laten uitzoeken en toen deze weer eens een eitje hadden gelegd, (in het gerestaureerde oude nest), werden alle medebewoners uitgevangen en de deur van de volière geopend. Alleen de Chinese dwergkwartels mochten blijven. Die bleven toch wat over de grond scharrelen en hadden geen interesse de vertrouwde volière te verlaten. We hebben dan 29 juni en het eerste eitje was die ochtend gelegd. Vader nachtegaal had de geopende deur gauw gevonden en ging spoedig de omgeving verkennen. Regelmatig kwam hij weer terug om moeder de vrouw te vertellen wat hij allemaal meegemaakt had. Zijzelf toonde geen belangstelling voor de vrijheid en bleef fijn in de volière, zelfs als manlief bereid was om ook een paar uurtjes de, inmiddels, 2 eitjes te verwarmen. Meer eitjes werden niet gelegd. Volgens mij waren de eitjes op, want de pop had dit jaar al totaal zo’n 12 eitjes gelegd. Op 13 juli lagen er 2 jongen in het nest. Ook nu wilde de pop de volière niet verlaten. De man kwam wel ijverig aandragen met groene rupsjes, langpootmuggen, torretjes, spinnetjes en nog veel meer. De pop bleef volharden in het door mij verstrekte vertrouwde dieet. 14 juli ligt er nog maar een jong in het nest. Daar gaan we weer dacht ik al. Vanavond maar de deur dicht en proberen vannacht de volgende teleurstelling te verwerken. Gelukkig heb ik beide toch maar niet gedaan. Het eerste niet gedaan, en het tweede niet hoeven te doen. Want vanaf dag 3 kreeg het popje in de gaten dat de deur openstond. Toch is deze pop niet blond, maar normaal van kleur hoor. Wat werd het jong verwend vanaf nu. Ook de mussen, de koolmezen en heggenmussen hadden de geopende deur ontdekt. De nachtegalen zochten hun voer buiten de volière en de gasten zochten het voer in de volière. Rare wereld waar we in leven. Het jong groeide voorspoedig en werd 18 juli geringd met 3,2 mm. Ik wreef mijn handen in met gekneusd coniferengroen om de “mensengeur” van mijn handen af te krijgen. (Kunnen vogels trouwens ruiken?) Het ringetje werd omwikkeld met bruine pleister, vies gemaakt met modder en vakkundig om het linkerpootje geschoven. Waarom links? Omdat ik dat altijd doe. Ook met ringetje groeide het beestje goed. De door mij toegepaste afleidingstactiek had dus gewerkt. Het groeide zelfs zo goed, dat het op 26 juli waagde het nestje te verlaten. Weg geborgenheid. De grote boze wereld in. Het is eigenlijk nog helemaal niet “klaar” voor het grote werk. Heeft geen staartje, kan niet vliegen. Kruipt wat onbeholpen door de laurierstruik en struikelt dan ook gelijk over een blaadje. Het kan dus geen kwaad de deur nog een paar dagen open te laten staan. Wel zorg ik er nu voor dat middels een plaat de onderste helft van de deur dicht is. Dus de invliegopening bevindt zich nu op 1 meter boven de grond. Opmerkelijk is, nu het jong het nest verlaten heeft, de ouders hun actieradius verleggen tot maximaal 20 meter van het jong. Zaten ze eerst in mijn voortuin te zingen, spelen en voedsel te zoeken tot op zeker 100 meter van het nest. Nu bleven ze altijd binnen zichtsbereik van het jong. Nog 4 dagen heb ik het gewaagd de ouders te laten genieten van hun vrijheid. Het werd toen ook hoog tijd, want ook na het uitvliegen groeit het jong. Het krijgt zowaar al iets dat op een staartje lijkt. En hij fladdert al naar de grond. Omhoog gaat nog altijd via zijn eigen klimtechniek. Ook zie ik, dat moeder nachtegaal alweer denkt aan verdere uitbreiding. Ze sleept alweer met gras en kokosvezel. Dus hoogtijd om ze binnen te halen en te houden. Straks vinden ze de conifeer in mijn voortuintje een betere plaats om een nest te bouwen dan de nu toegewezen Laurierstruik. Opmerkelijk is nu wel, dat het jong gebruik maakt van het nieuwe nest. Terwijl ik hem (is het een hij?) nooit in het oude nest terug heb zien keren. De ouders staan het wel toe zolang moeders nog geen eitje heeft gelegd. Daarna is het nest verboden terrein. De man nachtegaal heeft nu de totale verzorging van het jong op zich genomen en voert nog steeds. Na 10 dagen uitvliegen, is het jong echt vliegensvlug en kan gericht opstijgen en landen waar hij wil en niet meer daar waar zijn kracht het begeeft, zoals enkele dagen geleden. Ik schat nog een weekje en het is zelfstandig. Zal wel moeten, want de volgende ronde nachtegaaltjes staan al te springen om het benauwende ei-omhulsel te verlaten. Al met al een leuk succesje. Japanse nachtegalen fokken. Ja, op natuurlijke wijze.

Auteur:

Ger Essenberg

Foto's

NB. Wacht eerst voor alle foto's zijn geladen! Als u eerder op een andere foto klikt laad hij niet verder! U ziet dat doordat in de balk onderaan 'Gereed' staat. Dan kunt u op een andere foto klikken!

Terug